Normaal gezien stond er vis op het menu omdat ik de schotel dan overdag al kon voorbereiden, maar de vriendin van de vriendin eet dat niet zo graag, dus paste ik met plezier het eten wat aan. Ik schuimde het net wat af en via Het Nieuwsblad kwam ik bij een simpel recept voor het zelf maken van Orloffgebraad.
Ingrediënten
Varkensgebraad (kotelettengebraad, varkenscarrégebraad,...)
Tomaten (2-3)
Passendalekaas (6 sneden)
Gekookte ham (3 sneden)
Olijfolie
Provençaalse kruiden
Bereidingswijze
Snij de tomaten in schijfjes, de sneden ham in vier gelijke delen, de plakjes kaas in twee.
Snij het gebraad in repen van ongeveer 1 cm maar laat het onderste stuk vast hangen. Maak dus diepe inkepingen, maar snij de pakken niet los!
Kruid het vlees met peper en zout.
Stop in elke inkeping een schijfje tomaat, ham en kaas.
Plooi de punten van de kaas en ham wat naar binnen want die verbranden nogal graag (in de oven).
Doorspies het stuk vlees met een aantal brochettestokken, zo blijft het geheel bij elkaar. Ik gebruik metalen spiezen. Die schuif je iets makkelijker in en uit het vlees (in vergelijking met houten).
Leg het stuk vlees in een ovenschotel, kruid met Provençaalse kruiden en overgiet met olijfolie.
Zet het vlees eerst 40 minuten in een voorverwarmde oven, op 180°C.
Haal de schotel uit de oven en overdek het vlees nu met aluminiumfolie.
Schuif het Orloffgebraad nu nog eens 20 minuten in de oven (opnieuw op 180°C).
Let er achteraf wel voor op dat het vlees niet te fel afkoelt. Eens het uit de oven is en op een snijplan ligt, wordt het snel koud.
Smakelijk!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten